De lijnen en kleurrijke vlakken in de schilderijen die in de expositie te zien zijn van Bauwke van de Wiel dragen een vage bekendheid in zich. Het kleurgebruik en de patronen zijn kenmerkend voor het directe, uitgesproken karakter waarmee objecten als verkeersborden of achterkanten van vrachtwagens zijn vormgegeven. Toch zijn het geen directe verwijzingen. Van de Wiel weet met haar composities tussen de abstractie en het herkenbare in te gaan zitten. Ze associeert de onderwerpen die ze vertaalt naar visuele werken vaak met onveiligheid. Door de visuele kenmerken van dagelijkse objecten uit hun context te halen en vanuit eigen interpretatie neer te zetten, worden de beelden onschuldig en ontstaat er een fijnere, niet dwingende omgeving.
Momenteel is de wereld geen veilige plek voor iedereen. Van de Wiel vindt het belangrijk om ervoor te zorgen dat ook de mensen die zich onveilig voelen zich gehoord en gezien kunnen voelen. Doordat ze de gelegenheid geeft aan de toeschouwer om zelf betekenis te geven aan de werken creëert ze een plek waar mensen zich gezien en gesterkt kunnen voelen. Zo weet ze de opgelegde kenmerken en (soms) dwang van de omgeving om te zetten tot een veilige ruimte voor reflectie en ontdekking.